Volgens het boekje

Ik denk dat ik doodga

De oude dame die ik in het verpleeghuis bezoek heeft vergevorderde dementie. Sinds enige tijd spreekt zij over dood gaan, een onderwerp dat voorheen werkelijk nooit ter sprake kwam.
Zo ook afgelopen maandag. Ze oogde fragiel, had een nachthemd aan met daarover een warm vest. Haar benen bloot en koud. Ze zonk weg in haar stoel. Uit de krappe kledingkast trok ik een deken en drapeerde die over haar melkwitte ledematen.

“Ik denk dat ik doodga”, sprak zij met gevoel voor drama. Om te vervolgen dat dat eigenlijk nog niet kon, doodgaan. Ze moest nog voor haar kinderen zorgen. Ik probeerde haar gerust te stellen en zei haar dat de kinderen volwassen waren en goed voor zichzelf konden zorgen. Maar volgens mevrouw M. zat het ‘in de details’.

Ik wil iets aardigs doen

Toen kwam het mooiste. Haast met tranen in haar ogen zei ze “ik wil tot nut zijn, iets aardigs kunnen doen voor een ander”. En dat raakte me het meest, want zij gaf aan wat in alle tekstboeken staat geschreven. Namelijk dat echt ieder mens, er toe wil doen. Iedereen wil een bijdrage kunnen leveren. Ook als je oud bent en dementie hebt.

Onze valkuil is om die wens te bagatelliseren: “U bent nu 93, u heeft genoeg gedaan hoor!” of “Laat anderen nu maar voor u zorgen”.  Maar daarmee doe je teniet aan de behoefte die zij uitspreekt.

Ook iemand van 93 met vergevorderde dementie kan een nuttige bijdrage leveren. Soms zit het in eenvoudige zaken. Zo laat ik me vaak helpen in het huishouden – het opvouwen van handdoeken gaat dikwijls nog als vanzelf. Groente of fruit schoonmaken en zo helpen bij het bereiden van de maaltijd is niet alleen nuttig maar vaak ook een mooi moment van samenzijn. En gewoonweg samen zijn en praten en op die manier van elkaar genieten én leren, dat is ook een vorm van ‘er toe doen’. Ik vind het belangrijk om bij dit soort bezigheden mijn dank uit te spreken en daarmee te bevestigen wat o zo belangrijk is: “Uw bijdrage helpt mij enorm, wat fijn en gezellig dat wij het samen hebben gedaan. Bedankt daarvoor”.